In het elfde jaar, op de eerste dag van de maand, richtte de HEER zich tot mij:

‘Mensenkind, Tyrus heeft zich vrolijk gemaakt over Jeruzalem, zij heeft uitgeroepen:

“De Poort der volken is verwoest en is mij toegevallen. Nu de stad in puin ligt, zal ik mij vullen met haar schatten!” Daarom zegt God, de HEER:

Ik zal je straffen, Tyrus, Ik zal een vloed van volken op je afsturen, ze zullen op je aanstormen als de golven van de zee! De muren van Tyrus zullen ze verwoesten en haar torens neerhalen. Ik zal zelfs het stof uit Tyrus wegvegen, Ik zal van haar een kale rots maken, een plaats waar je netten te drogen hangt, midden in zee. Ik heb gesproken – spreekt God, de HEER. Tyrus wordt een prooi voor andere volken, en haar dochtersteden op het land zullen door het zwaard worden geveld. Ze zullen weten dat Ik de HEER ben.

Want dit zegt God, de HEER:

Ik zal Nebukadnessar, de koning van Babylonië, de koning der koningen, naar jou, Tyrus, laten optrekken. Hij komt vanuit het noorden, met paarden, wagens en ruiters, met een groot en machtig leger. Hij zal je dochters op het vasteland vellen met zijn zwaard en tegen jou zal hij een belegeringswal en een bestormingsdam opwerpen, terwijl zijn soldaten door schilden worden beschermd. Met zijn stormram zal hij op je muren beuken, je torens zal hij met houwelen neerhalen. Met zo veel paarden komt hij op je af dat stofwolken je zullen bedekken; als hij je poorten binnenkomt zullen je muren beven door het geraas van de ruiters, de wielen en de wagens, alsof de stad wordt opengereten. De hoeven van zijn paarden zullen je straten kapot trappen, hij zal je bevolking doden met zijn zwaard, je machtige zuilen zullen tegen de grond gaan.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Ezechiël 17:1-14 De adelaars en de wijnstok 1
Ezechiël 29:1-12 Profetie tegen Egypte 1
Ezechiël 24:1-14 De kookpot 1
Ezechiël 36:1-12 1
Ezechiël 15:1-8 Het hout van de wijnstok
Ezechiël 48:13-22 2
Ezechiël 12:11-19 Een teken voor het opstandige vo...
Ezechiël 21:1-16 Het goddelijk zwaard 1
Ezechiël 3:1-17 1
Ezechiël 39:15-29 2
Ezechiël 37:15-28 Eén God, één volk, één herder 2
Ezechiël 46:12-24 2
Ezechiël 24:15-27 Een plotselinge slag 2
Ezechiël 16:52-63 Jeruzalems ontrouw 5
Ezechiël 8:1-11 Visioen in de tempel van Jeruzalem...
Ezechiël 33:1-11 Ieder mens naar zijn daden beoord...
Ezechiël 21:17-28 Het goddelijk zwaard 2
Ezechiël 22:18-31 Oordeel over Jeruzalem 2
Ezechiël 12:20-28 Een teken voor het opstandige vo...
Ezechiël 30:1-14 1
Ezechiël 29:13-21 Profetie tegen Egypte 2
Ezechiël 30:15-26 2
Ezechiël 40:40-49 De nieuwe tempel 4
Ezechiël 38:1-12 Gogs leger vernietigd 1
Ezechiël 44:20-31 Toegang tot de tempel 3
Ezechiël 14:12-23 Het lot van Jeruzalem 2
Ezechiël 42:1-11 De ruimten voor de priesters 1
Ezechiël 34:11-20 De slechte herders en de goede h...
Ezechiël 41:13-26 2
Ezechiël 43:1-11 De verschijning van de HEER keert...
Ezechiël 4:11-17 2
Ezechiël 16:41-51 Jeruzalems ontrouw 4
Ezechiël 20:13-25 Israël opstandig en ontrouw 2
Ezechiël 12:1-10 Een teken voor het opstandige vol...
Ezechiël 16:1-13 Jeruzalems ontrouw 1
Ezechiël 36:26-38 3
Ezechiël 23:17-30 Ohola en Oholiba 2
Ezechiël 20:1-12 Israël opstandig en ontrouw 1
Ezechiël 47:1-12 De rivier uit de tempel 1
Ezechiël 9:1-11 1
Ezechiël 45:13-25 Verdeling van de grond 2
Ezechiël 35:1-15 Profetie over het Seïrgebergte en...
Ezechiël 20:26-36 Israël opstandig en ontrouw 3
Ezechiël 44:1-10 Toegang tot de tempel 1
Ezechiël 5:1-9 1
Ezechiël 28:16-26 2
Ezechiël 27:1-19 1
Ezechiël 40:1-12 De nieuwe tempel 1
Ezechiël 32:16-24 2
Ezechiël 19:1-14 De leeuwin en de wijnstok
Ezechiël 23:31-44 Ohola en Oholiba 3
Ezechiël 31:12-18 2
Ezechiël 21:29-37 Het goddelijk zwaard 3
Ezechiël 27:20-36 2
Ezechiël 18:23-32 Wie rechtvaardig handelt, zal le...
Ezechiël 1:1-14 Ezechiël geroepen 1
Ezechiël 46:1-11 1
Ezechiël 13:14-23 2
Ezechiël 20:37-44 Israël opstandig en ontrouw 4
Ezechiël 6:1-10 Israël getroffen door het zwaard 1
Ezechiël 41:1-12 1
Ezechiël 40:27-39 De nieuwe tempel 3
Ezechiël 22:1-17 Oordeel over Jeruzalem 1
Ezechiël 16:28-40 Jeruzalems ontrouw 3
Ezechiël 5:10-17 2
Ezechiël 43:12-20 De verschijning van de HEER keer...
Ezechiël 18:14-22 Wie rechtvaardig handelt, zal le...
Ezechiël 34:1-10 De slechte herders en de goede he...
Ezechiël 11:14-25 2
Ezechiël 39:1-14 1
0Shares