Toen zei God tegen Noach:

‘Ga de ark uit, samen met je vrouw, je zonen en de vrouwen van je zonen. Laat ook alle dieren die bij je zijn naar buiten gaan:

vogels, vee en alles wat op de aarde rondkruipt. Ze moeten weer vruchtbaar zijn en talrijk worden en de aarde bevolken.’ Hierop ging Noach naar buiten, samen met zijn zonen, zijn vrouw en de vrouwen van zijn zonen. Ook alle dieren gingen de ark uit, soort bij soort, alle vogels, en alles wat op de aarde rondkruipt.

Noach bouwde een altaar voor de HEER; daarop bracht hij brandoffers van al het reine vee en alle reine vogels. De geur van de offers behaagde de HEER, en Hij zei bij Zichzelf:

Nooit weer zal Ik de aarde vervloeken vanwege de mens, want alles wat de mens uitdenkt, van zijn jeugd af aan, is nu eenmaal slecht. Nooit weer zal Ik alles wat leeft doden, zoals Ik nu heb gedaan. Zolang de aarde bestaat, zal er een tijd zijn om te zaaien en een tijd om te oogsten, zal er koude zijn en hitte, zomer en winter, dag en nacht – nooit komt daar een einde aan.

Loading

Lees ook deze Berichten:

Genesis 43:15-25 Jozefs broers opnieuw in Egypte 2
Genesis 22:20-24 Nakomelingen van Nachor
Genesis 13:2-18 Scheiding tussen Abram en Lot
Genesis 9:1-17 Noach 6
Genesis 44:24-34 Jozefs broers opnieuw in Egypte 6
Genesis 5:21-32 Van Adam tot Noach 2
Genesis 21:1-13 Isaak en Ismaël 1
Genesis 12:1-9 Abram naar Kanaän
Genesis 10:21-32 Nakomelingen van Noachs zonen 2
Genesis 8:1-14 Noach 4
Genesis 26:1-11 Isaak en Rebekka in Gerar 1
Genesis 26:34-35 Jakob ontneemt Esau de zegen 1
Genesis 43:26-34 Jozefs broers opnieuw in Egypte 3
Genesis 20:8-18 Abraham en Sara bij Abimelech 2
Genesis 38:24-30 Juda en Tamar 3
Genesis 5:1-20 Van Adam tot Noach 1
Genesis 38:1-14 Juda en Tamar 1
Genesis 22:1-14 Abraham op de proef gesteld 1
Genesis 28:1-9 Jakob ontneemt Esau de zegen 5
Genesis 42:18-28 Jozefs broers in Egypte 2
Genesis 39:9-20 Jozef en de vrouw van Potifar 2
Genesis 33:1-11 Jakob oog in oog met Esau 4
Genesis 27:20-33 Jakob ontneemt Esau de zegen 3
Genesis 1:20-31 De schepping van hemel en Aarde 2
Genesis 37:1-11 Jozef verkocht en naar Egypte gebr...
Genesis 46:31-34 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 31:31-42 Jakob bij Laban 9
Genesis 24:1-14 Een vrouw voor Isaak 1
Genesis 30:33-43 Jakob bij Laban 6
Genesis 46:16-30 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 25:1-11 Abrahams levenseinde
Genesis 11:27-32 Terach
Genesis 17:15-27 Verbond tussen God en Abram 2
Genesis 21:22-34 Bondgenootschap met Abimelech
Genesis 29:1-14 Jakob bij Laban 1
Genesis 26:12-22 Isaak en Rebekka in Gerar 2
Genesis 25:12-18 Nakomelingen van Ismaël
Genesis 31:1-16 Jakob bij Laban 7
Genesis 41:47-57 De droom van de farao 4
Genesis 12:10-20-13:1 Abram en Sarai in Egypte
Genesis 48:1-12 Jakobs levenseinde 2
Genesis 45:21-28 Jozefs broers opnieuw in Egypte 9
Genesis 24:58-67 Een vrouw voor Isaak 5
Genesis 33:12-17 Jakob oog in oog met Esau 5
Genesis 34:13-24 Dina en Sichem 3
Genesis 47:1-14 Jakob met al zijn nakomelingen naa...
Genesis 6:5-22 Noach 1
Genesis 7:17-24 Noach 3
Genesis 3:1-13 De tuin van Eden 3
Genesis 33:18-20 Dina en Sichem 1
Genesis 19:15-26 Sodom en Gomorra 5
Genesis 41:17-33 De droom van de farao 2
Genesis 26:23-33 Isaak en Rebekka in Gerar 3
Genesis 14:14-24 Lot door Abram bevrijd 2
Genesis 41:34-46 De droom van de farao 3
Genesis 24:15-30 Een vrouw voor Isaak 2
Genesis 6:1-4 Vermenging van goden en mensen
Genesis 27:1-19 Jakob ontneemt Esau de zegen 2
Genesis 35:16-29 Jakob opnieuw in Betel 2
Genesis 9:18-29 Noach 7
Genesis 47:15-27 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 34:25-31 Dina en Sichem 4
Genesis 10:1-20 Nakomelingen van Noachs zonen 1
Genesis 39:21-23 De dromen van schenker en bakker ...
Genesis 44:14-23 Jozefs broers opnieuw in Egypte 5
Genesis 21:14-21 Isaak en Ismaël 2
Genesis 50:15-21 Jakobs levenseinde 7
Genesis 11:10-26 Van Sem tot Abram
Genesis 18:16-22 Sodom en Gomorra 2
Genesis 4:1-16 Adams zonen 1
0Shares